Maandag 23 september: Palm Desert (CA) – Lake Havasu City (AZ)
De Joshua Tree is, anders dan de naam doet vermoeden, geen boom maar een grote plant. Yucca brevifolia is een plantensoort binnen het geslacht Yucca die meestal een boomvorm heeft. De Engelse bijnaam “Joshua tree” (boom van Jozua) werd aan de boom gegeven door een groep mormoonse kolonisten, die in de 19e eeuw met huifkarren de Mojavewoestijn doortrokken. De vorm van de bomen deed hen denken aan de profeet Jozua, die met zijn armen naar de hemel reikt.
Als we rond 11 uur aankomen bij het Joshua Tree Visitor Center, ten Noordoosten van het park, merken we gelijk dat het weer lekker warm is. Hopelijk niet te warm om een wandelingetje te maken, want dat is eigenlijk wel ons plan. We lezen wat informatie over de ecologie van dit park en scoren een plattegrond. Dan rijden we richting het park en komen we uit bij de ingang in het westen. We rijden over Park Boulevard en meteen zien we om ons heen de Joshua Tree. Dat ziet er al meteen er gaaf uit. We besluiten om naar Hidden Valley te rijden voor een wandeling.
Iets na 12-en rijden we het parkeerterrein op van Hidden Valley. Volgens de informatie in het krantje zou de wandeling ongeveer een uur wandelen zijn. Het is een loop van 1,6 kilometer. Dat moet te doen zijn. Inmiddels is de temperatuur weer iets wat gedaald naar 30 graden. Dat wandelt toch een stuk prettiger dan 37 graden wat het net was. De route is door een gebied wat compleet omsloten wordt door opeengestapelde granieten rotsblokken. Tussen de keien staan ook wat cactussen, Joshua Trees en andere planten. Het wandelpad is vrij eenvoudig begaanbaar, al klim je zo af en toe toch nog wel een via een paar keien omhoog.
Dan zien we ineens een hagedis. Wat een grappig beest is dat. Hij blijft een tijdje stil zitten om goed te kunnen observeren wat we doen. Maar wees niet bang beestje, we doen je niets. Alleen een paar foto’s maken.
Na drie kwartier zijn we weer terug bij de auto. Inmiddels hebben we honger gekregen en rijden we naar een picknicktafeltje iets verderop. Heerlijk in de schaduw genieten we van een Cambridge Reep en een yoghurtje. Ons meegenomen bananen van het ontbijt vanochtend laten we nog maar even liggen.
Ineens verschijnt achter ons een lief schattig grondeekhoorntje. Hij (of zij) bekijkt of we wellicht nog wat te eten bij ons hebben voor hem (of haar). Maar helaas voor het beestje, voeren doen we niet.
Als we na onze lunch verder rijden, is ons plan om naar Cholla Cactus Garden te rijden. Maar als we op de Pinto Basin Road zitten, veranderd het prachtige uitzicht in saai en dor landschap. Via de Tom Tom zoeken we op hoe lang het nog rijden is naar de cactustuin. Dit blijkt nog zéker een half uur te zijn. Jeetje, wat is dit park groot zeg! Daar verkijk je jezelf gewoon op. Vanaf hier is het ook nog een half uur naar de noordelijke uitgang. Dit betekent dus dat als we de cactussen gezien hebben, we nog minstens een uur moeten rijden naar de uitgang. Daar hebben we eigenlijk geen zin in. We besluiten dus om te keren en naar de Noordelijk uitgang te rijden.
Wel stoppen we nog even gewoon ergens langs de kant om zo nog even door het gebied van de Joshua Trees te lopen.
Als we weer terug zijn bij de auto, merken we dat er van die kleine prikplantjes achter zijn gebleven in de sokken. Het lijken wel kleine naaldjes. Gelukkig zijn ze makkelijk te verwijderen, maar doen toch wel even pijn. Snel rijden we naar het visitor center in het noorden, want de blaas staat op klappen.
Iets voor half 4 zijn we op weg naar ons hotel in Lake Havasu City. Een plaats waar we nog nooit zijn geweest en eerlijk gezegd ook nog nooit van gehoord hadden, maar door mijn werk als reisagent bij Personal Touch Travel kwam ik er achter dat dit toch zeker wel een plaats is wat de moeite waard moet zijn. Het is ongeveer 2 en een half uur rijden. Ik begin met chauffeuren, zodat Martijn alvast wat foto’s uit kan zoeken. Al blijkt dat wat lastiger te zijn doordat de wegen vooral veel op-en-neer gaan. Het lijkt de Zevenheuvelenweg wel, maar dan eerder als de Honderdheuvelenweg. Als de ogen op de weg zijn gericht is dit een lekker gevoel, maar als de ogen op een laptop gericht zijn, is dat wat lastiger.
Na een goed uur rijden zien we ineens óntzettend veel schoenen langs de kant. Ze hangen aan een soort oud tankstation en iets verderop hangen er honderden. Nee, duizenden aan een hek. We stoppen voor een paar foto’s te maken. Later blijkt, als we het opzoeken op het world wide web, dat dit de Rice Shoe Fence is.
We wisselen meteen van chauffeur en begin ik aan het verslag van vandaag. Maar ondanks dat er vrijwel geen heuvels meer zijn, het slingeren op de weg maakt het ook niet makkelijk. Ik besluit om het verslag maar later te tikken.
Iets verderop worden we ineens opgeschrikt door een stel bikers in tegengestelde richting welke aan het inhalen zijn. Martijn moet bijna vol in de remmen, maar het gaat gelukkig nog maar nét goed. Jeetje zeg, dat was ook een inzicht van niets van ze. Niet veel later zien we een paar prachtige vogels rondzweven boven een klein watertje. We kunnen stoppen langs de kant en proberen wat foto’s te maken van ze. Jeetje, wat een prachtige grote vogels! Volgens mij zijn het een bepaald ras gieren? (wie het weet mag het zeggen )
De omgeving is inmiddels veranderd van wat heuvels naar rode rotsen. Blijft toch apart, dat je met relatief kleine afstanden zoveel verschillende soorten landschappen hebt. Bij Parker lopen we snel even de Walmart in voor wat nieuwe yoghurtjes. Ook kopen we wat pringles en snoeptomaatjes.
Rond kwart over zes zijn we bij ons hotel Quality Inn in Lake Havasu City. We checken in en krijgen kamernummer 233. Inmiddels is het ook al wat gaan schemeren.
Snel de koffers de kamer in en we besluiten om richting de bekende ‘London Bridge’ hier te lopen. Het stadje ziet er inderdaad erg leuk uit. Het is nu naseizoen, dus veel reuring is er niet, maar ik kan me goed voorstellen dat het in de zomer heerlijk vertoeven is hier. Afgelopen zomer zijn er een paar klanten van me hier geweest en waren er goed te spreken over. Ik zie nu inderdaad waarom. Fijne sfeer hangt hier rond.
We lopen de brug over en besluiten een hapje te gaan eten bij ‘Barley Brothers Restaurant & Brewery’. We krijgen een plekje langs het raam. Jammer dat het inmiddels zo donker is, want je hebt mooi uitzicht op het water. We bestellen beide een pizza. Martijn gaat voor de The Man Pizza (met rundvlees, Italiaanse worstjes, bacon, gorgonzola en mozzarella). Ik ga voor de Spinach Feta (met pesto, Gouda kaas, spinazie, knoflook, paprika, feta en olijven). En omdat het een brouwerij is, gaan we beide ook voor een Beer Flight. Dan serveren ze de zes verschillende bieren welke ze hebben in kleine proefglaasjes van 4 oz (= 118 ml): een blond ale, een hefeweizen, een red ale, een tripple berry wheat, een oatmeal stout en een ipa.
Het smaakt ons echt erg goed! Naast pizza hebben ze ook pasta, sandwiches, hamburgers en steaks. Dus zeker een aanrader als je hier bent. Na het eten lopen we nog wat rond onder de brug, maar we merken dat we echt erg moe zijn. Het bier helpt natuurlijk ook niet echt mee. Snel maar terug naar de kamer. Het verslag laten we even zitten voor wat het is en vallen nog vóór 22.00 uur in slaap. We hebben het blijkbaar nodig.